Benauwdheid en behandeling bij kortademigheid – informatie voor zorgverleners

7 maart 2023
Ademhaling en benauwdheid

Samenvatting van het artikel

  • Medicatie tegen kortademigheid wordt afgestemd op de snelheid van toenemende benauwdheid.
  • Morfine heeft een benauwdheid verlagend effect, maar vraagt veelal om een combinatie van andere middelen om bijbehorende symptomen tegen te gaan.
  • Het is aan te raden om noodmedicatie bij de patiënt in huis te hebben liggen voor snelle behandeling van eventuele benauwdheid mogelijk te maken.
  • In verband met de snelle progressie van ALS (en soms ook PSMA) is het aan te raden om de aanpak van beademing in een vroeg stadium te bespreken.

Kortademigheid kan zowel snel als langzaam progressief zijn. Soms zijn er – korter of langer durende – remissies. Het medicamenteuze beleid is bij snelle en bij geleidelijk toenemende benauwdheid enigszins verschillend.

Gebruik morfine

Morfine heeft een benauwdheid verlagend effect. Het middel kan in het begin tonusverhogend werken op sommige gladde spieren en sfincters (kringspieren) van blaas en darm en het kan misselijkheid en braakneiging veroorzaken. Om het tonusverhogende effect tegen te gaan kan men bij aanvang van de behandeling een middel met een atropineachtig effect geven, bijvoorbeeld een scopolaminepleister. Ter onderdrukking van de misselijkheid kan men haloperidol 0,5 tot 1 mg 1-2 maal dd laten gebruiken, oraal of via de PEG. Morfinebehandeling moet altijd gecombineerd worden met een laxans (obstipatie).

Behandeladviezen bij kortademigheid zonder beademing

Snel verergerend
  1. In geval van angst: oxazepam 10-50 mg, oraal of via PEG, of lorazepam 0,5-2,5 mg onder de tong. Zo nodig door mantelzorger toe te dienen, na telefonisch overleg met de huisarts en in afwachting van zijn komst.
  2. Morfine 2,5-10 mg s.c. of i.v., zo nodig na 4-8 uren herhalen*.
  3. Bij onvoldoende effect van bovengenoemde maatregelen: sedatie overwegen (zie Richtlijn Palliatieve sedatie).
Geleidelijk verergerend
  1. Bij niet ernstige kortademigheid: beginnen met 2 dd 10 mg slow release morfine oraal of met 6 dd 5 mg morfinedrank via PEG. Zo nodig kan de dosering worden verhoogd tot het gewenste effect is bereikt.
  2. Een toedieningsalternatief is morfine, s.c. of i.v. iedere 4 uur 2,5 mg.* Al deze doseringen kunnen zo nodig worden verhoogd tot het gewenste effect is bereikt.
  3. Bij cyanose of aangetoonde hypoxie 0,5-1,0 liter zuurstof per minuut via een zuurstofbril.

Behandeladviezen bij kortademigheid met beademing

Overleg zo mogelijk in alle gevallen met de dienstdoende arts van het Centrum voor Thuisbeademing.

Noodmedicatie op voorraad thuis

Om snelle behandeling van eventuele benauwdheid van thuisverblijvende benauwde mensen met ALS/PSMA mogelijk te maken is het raadzaam een kleine voorraad geneesmiddelen ten behoeve van de dienstdoende behandelende arts, in het huis van de patiënt klaar te leggen.

Aangeraden wordt om de volgende medicatie in huis neer te leggen (indien gewenst):

  • 5 tabletten oxazepam 10 mg
  • Morfine 2,5 of 10 mg voor subcutane toediening (altijd combineren met een laxans)
  • Beschikbaarheid van zuurstof

Vroegtijdig beleid bespreken

In verband met de snelle progressie van ALS (en soms ook van PSMA) en de te verwachten communicatieproblemen verdient het aanbeveling het beleid in een vroeg stadium met de patiënt te bespreken. Met name waar en hoe de eindfase doorgemaakt zal worden en of beademend moet worden.

Plotselinge ademnood

Plotselinge ademnood berust vaak op een pneumonie. Wanneer ingestuurd wordt naar het ziekenhuis is goede communicatie over de wensen omtrent beademing van belang. Op de S.E.H. is men ertoe geneigd endotracheaal te intuberen, hetgeen vaak uitmondt op invasieve beademing (TPPV).

Heeft u feedback op dit artikel? Laat het ons weten!

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.